SDG 1: De belofte van geen armoede – ideaal of illusie?

Satirische cartoon over SDG 1 Geen Armoede, met Miss World Bank in een rode jurk, Rypke Zeilmaker als detective, Tom Zwitser achter VN-rapporten en een Afrikaanse boer met een microkrediet-contract.
Satirische cartoon over SDG 1 Geen Armoede, met Miss World Bank in een rode jurk, Rypke Zeilmaker als detective, Tom Zwitser achter VN-rapporten en een Afrikaanse boer met een microkrediet-contract.

Stel u voor: een wereld waarin niemand meer arm is. Geen kinderen met bolle buikjes op de Afrikaanse savanne, geen families die zich in de krottenwijken van megasteden staande moeten houden, geen boeren die hun laatste stuk land zien verdrogen. Het klinkt als een sprookje, een belofte die geen weldenkend mens kan afwijzen. Maar wat als die droom, hoe mooi verpakt ook, in de praktijk neerkomt op een geldverslindende industrie, een systeem dat vooral de gulle gevers en niet de armen zelf ten goede komt?

Dat is precies de boodschap die Rypke Zeilmaker en Tom Zwitser, beiden verbonden aan De Blauw Tijger, in hun reeks gesprekken over de Duurzame Ontwikkelingsdoelen (SDG’s) van de Verenigde Naties op tafel leggen. Hun analyse van SDG 1 – “No Poverty” is tegelijk meeslepend en verontrustend: achter de retoriek van armoedebestrijding gaat volgens hen een web van belangen, macht en geldstromen schuil.

De nobele façade

Wie kan er tegen zijn: armoede de wereld uit? Het is een wens die Miss World jaarlijks herhaalt in de glitter en glamour van de verkiezing, een wens die niemand met gezond verstand zou tegenspreken. De VN koppelde deze slogan in 2015 aan de Agenda 2030: zeventien duurzame ontwikkelingsdoelen die wereldwijd de maatlat zouden worden voor vooruitgang. SDG 1 staat bovenaan de lijst, alsof het ook in de prioriteitenlijst van de mensheid op nummer één thuishoort.

Toch, zo stelt Zeilmaker, is er een cruciaal verschil tussen de belofte en de uitvoering. Waar Miss World het bij mooie woorden laat, zet de “Miss World Bank” – zijn ironische term voor de Wereldbank en aanverwante fondsen – harde structuren op. Die structuren draaien niet primair om liefdadigheid, maar om geldstromen, belastingheffing en technocratisch beheer.

De NGO-industrie.

In Nederland alleen al wemelt het van de ontwikkelingsorganisaties: van Oxfam Novib tot SNV. Ze worden doorgaans gevoed door miljoenen aan belastinggeld. Het verhaal dat daaruit naar voren komt, is helder: geef geld, en wij zorgen ervoor dat de armen geholpen worden. Maar volgens Zeilmaker blijft tot wel 99 procent van die middelen in de organisaties zelf hangen. Niet bij de mensen die in armoede leven, maar in kantoren, salarissen en projecten die vooral het imago van de gulle gever dienen.

Die dynamiek levert een wrange paradox op. Armoede is niet alleen een probleem, maar ook een verdienmodel. Hoe langer de armoede blijft bestaan, hoe langer de industrie die eromheen is ontstaan, kan floreren.

Het grote geld: triljoenen in beweging

Tijdens een conferentie in Addis Abeba in 2015 spraken internationale leiders over één centrale vraag: hoe genereren we de triljoenen die nodig zijn voor duurzame ontwikkeling? Het antwoord bleek even creatief als zorgwekkend. Het ging niet alleen meer om overheidsgeld of donaties. Er werd een systeem ontworpen waarin publieke middelen dienen als garantie voor private investeringen – een mechanisme dat men sierlijk “blended finance” noemde.

Met andere woorden: belastinggeld fungeert als vangnet voor bedrijven en banken die zich anders niet aan risicovolle projecten in Afrika of Azië zouden wagen. Zo worden private winsten veiliggesteld met publiek geld.

Microkrediet: redmiddel of fuik?

Een van de paradepaardjes binnen de armoedebestrijding is het microkrediet. Het idee klinkt nobel: geef kleine boeren of ondernemers toegang tot leningen zodat zij zich kunnen ontwikkelen. Koningin Máxima werd er hét boegbeeld van. Maar volgens Zeilmaker zit hier een verborgen adder onder het gras.

Veel boeren die voorheen geheel buiten het banksysteem leefden – zonder schulden, zonder belastingdruk – worden via microkredieten juist in het financiële systeem getrokken. Dat betekent bankrekeningen, rente en aflossingen. Waar eerst informele ruilhandel en lokale economieën floreerden, ontstaat nu een afhankelijkheid van banken en overheden.

Zo verandert microkrediet van een bevrijdend instrument in een nieuw blok aan het been. De boer is niet langer vrij, maar gevangen in een systeem dat vooral de geldschieters voedt.

Van idealen naar controle

Volgens de critici stopt het niet bij financiële afhankelijkheid. Achter de façade van armoedebestrijding gaat ook een agenda van digitale controle schuil.

In India bijvoorbeeld werden populaire bankbiljetten in één klap ongeldig verklaard, met als argument dat het land digitaal moest leren betalen. In de praktijk betekende dit dat miljoenen mensen afhankelijk werden van systemen die tot dan toe ver buiten hun leefwereld lagen. Contant geld – ooit symbool van vrijheid en zelfstandigheid – maakt plaats voor digitale transacties die volledig traceerbaar zijn.

De VN en de Wereldbank presenteren dit als vooruitgang, maar Zeilmaker en Zwitser zien het als een glijbaan naar een wereld waarin iedere financiële handeling wordt gemonitord. Het motto “geen armoede” verschuift dan ongemerkt naar “volledige zichtbaarheid van iedere burger”.

De rol van Nederland: gidsland of belangenbehartiger?

Nederland speelt in dit geheel een opvallende rol. Dankzij organisaties als SNV en een breed scala aan ngo’s heeft ons land een voet tussen de deur in meer dan 130 landen. Officieel gaat het om hulp en solidariteit. Maar er zit, aldus Zeilmaker, ook een hard economisch en politiek belang achter.

Projecten die onder de vlag van de SDG’s in Afrika worden uitgerold, dienen vaak ook de belangen van Wageningen University, Nederlandse consultants en bedrijven. Het gaat dan niet alleen om liefdadigheid, maar ook om het veiligstellen van invloed, markten en contracten.

De technologie achter de deugd

Een ander belangrijk element in het verhaal is de technocratische aanpak van de SDG’s. Alles moet meetbaar zijn, in systemen worden gegoten, en bovenal: beheersbaar voor experts. Van biodiversiteit tot energievoorziening, van landbouw tot sanitaire voorzieningen – alles krijgt de stempel “systeem” opgelegd.

Die systeemlogica leidt ertoe dat mensen niet meer worden gezien als individuen met unieke omstandigheden, maar als schakeltjes in een model. Een boer is geen boer meer, maar onderdeel van een “voedselsysteem” dat via satellieten en databanken gemonitord kan worden.

De vraag die blijft.

Natuurlijk, benadrukt Zeilmaker, niet iedereen die bij de VN of een ngo werkt is een cynicus. Velen geloven oprecht in hun missie. Maar de weg naar de hel, zo stelt hij, is geplaveid met goede bedoelingen. De cruciale vraag blijft: gaat dit werkelijk om het beëindigen van armoede, of om het versterken van macht en controle via de taal van de deugd?

Voorstanders wijzen op miljoenen mensen die via projecten toegang kregen tot schoon water, onderwijs of energie. Critici zien daarentegen vooral een systeem dat zichzelf in stand houdt, en waarin de armen nog steeds arm blijven – alleen nu met een bankrekening, een schuld en een verplichting.

Slotbeschouwing

De belofte van SDG 1, No Poverty, is zonder twijfel een van de meest aansprekende idealen van onze tijd. Het appelleert aan het beste in de mens: de wens om ellende te bestrijden en solidariteit te tonen. Maar juist omdat het zo aantrekkelijk klinkt, is het des te gevaarlijker wanneer er andere belangen achter schuilgaan.

Wat resteert, is een spiegel waarin we onszelf moeten aankijken. Willen we werkelijk armoede bestrijden, of willen we vooral een goed gevoel kopen door te doneren aan een industrie die draait op idealen, maar gestuurd wordt door geld en macht?

Misschien is dat de werkelijke uitdaging van onze tijd: niet alleen armoede uitbannen, maar ook de illusies waarmee we onszelf troosten.

En zolang we die vraag onbeantwoord laten, is de grootste armoede misschien wel dat we onszelf rijk rekenen.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *