Aan de waterkant met Fleur Agema: tussen storm en stilte.

Kleurrijke cartoon met een chaotische politieke arena links, stormwolken met hashtags, een ziekenhuisbed op een koord, puzzelstukken met NAVO en NCTV, en rechts een rustige waterkant met vuurtoren, vlotten met woorden als ‘zorg’ en ‘harmonie’, een Rocky-boksbal en een wegwijzer naar het gemeentehuis.

“Water en wind botsen terwijl de vuurtoren geduldig waakt.” Met die regels opent de vierde editie van Aan de Waterkant (ADWK#4) van LightHouseTV. Presentator Flavio Pasquino kondigt “een ongelooflijk complexe wereld” aan die hij een beetje beter wil begrijpen, en zijn gids is ditmaal de voormalig zorgminister Fleur Agema. Het is donderdagochtend; de verkiezingsuitslag is nog onduidelijk, en voor het eerst in 22 jaar kijkt Agema vanaf de bank. Geen fractiekamer, geen zaalfloor, geen adrenaline van de exitpolls, maar “beschouwend” en, eerlijk is eerlijk, “saaier dan verwacht.”

In dit gesprek zonder filter schuift de politieke arena even opzij voor de mens achter de functie: veerkrachtig en kwetsbaar tegelijk. Agema blikt terug op turbulente maanden, corrigeert hardnekkige aannames over NAVO en NCTV, vertelt over haar breuk én herstelde “speaking terms” met Geert Wilders, en laat zien waar haar keuzes vandaan komen—van zorgakkoorden tot het besluit om voorlopig uit de politiek te stappen. En ergens tussendoor licht een nieuwe horizon op: het burgemeesterschap als serieuze optie.


De eerste verkiezingsavond op de bank.

Het is een klein maar veelzeggend beeld: waar politici op zulke avonden doorgaans schaken met cijfers en camera’s, zit Agema thuis. Voor het eerst in decennia is ze toeschouwer. De spanning, PVV of D66 als grootsteblijft in de lucht hangen, want “pas als alle stemmen zijn geteld, dan weten we het.” Ze zegt het bijna achteloos, maar haar gedachten dwalen telkens af naar de zorg. Niet naar zetels, maar naar afspraken en akkoorden die volgens haar niet mogen worden weggetrokken door de eerste politieke bries.

Agema vertelt dat ze de afgelopen weken “met veel zorgen en een ontstemd gevoel” heeft rondgelopen. De partijen die “flink gewonnen hebben,” zegt ze, willen geld weghalen bij wat zij juist heeft opgebouwd: het ASVA-akkoord, het Hoofdlijnakkoord Ouderenzorg, en vooral het arbeidsmarktakkoord, precies daar waar het “allergrootste probleem” zit. In haar weergave is het simpel: als je aan de pijlers zaagt, zakt de zorg door haar hoeven.


Van oppositie naar beleid: de stem die rauw durfde te klinken.

De compilatie van Kamerfragmenten die in de uitzending langskomt, toont Agema op haar felst. Geen eufemismen, wel een reeks concrete vragen: wie wast de handen? Wie verschoont de luiers? Wie poetst de tanden? Ze fileert het “kwaliteitskader verpleeghuiszorg” dat zijn juridische verplichting zou hebben verloren en hekelt een “noodremprocedure” die in 2024 100 miljoen kost en oploopt naar 350 miljoen, met het risico dat er “straks een miljard af” gaat. De strekking: praatjes vullen geen roosters, en “er staan geen mensen meer aan het bed” als je structureel tekortschiet.

Die frictie tussen taal en tafellaken is kenmerkend voor haar Kamerrol. Maar zodra het gesprek verschuift naar haar jaar als minister, verandert de toon. In het kabinet, zegt ze, “ben je niet meer namens één partij, maar namens minimaal vier.” Het gaat dan minder om de flanken en meer om meerderheden. Wat níet veranderde, benadrukt ze, zijn haar inhoudelijke overtuigingen. “Wat ik vond als kamerlid, vond ik als minister, en vind ik nu als ambteloos burger.” Het beeld dat ze in het departement “iets totaal anders” zou vinden, noemt ze onjuist en pijnlijk.


Het NAVO/NCTV-fragment: misverstand dat een complot werd.

In het publieke geheugen bleef één fragment hangen: Agema die in de Kamer spreekt over “NAVO-verplichtingen” en een inventarisatie “onder leiding van de NCTV” in de context van pandemische paraatheid. Online werd dat door sommigen al snel vertaald naar: de NAVO zou de coronacrisis hebben aangestuurd, de NCTV zou ministers hebben gemanaged. Agema noemt het “hele grote onzin.”

Ze legt uit: de NCTV heeft een coördinerende, geen beslissende rol, juist om te voorkomen dat ministeries langs elkaar heen werken wanneer het gaat om weerbaarheid. Dat woord—weerbaarheid—zet zij nadrukkelijk naast “pandemische paraatheid” én naast noodsituaties van een andere orde, zoals grootschalige gewondenzorg. De overlap zit in de kwetsbaarheden van de basisnoodzorg: daar waar voorraden, materialen en logistiek onder druk staan, maakt het scenario, virus of oorlog, minder uit dan de vraag of het systeem kan blijven draaien.

Wat haar het meest raakte, is niet alleen de verkeerde lezing van haar woorden, maar de agressie erachter. “Ik kan geen post plaatsen of het wordt ondergekotst,” zegt ze. Niet het debat, wel de dreigende toon, maakt dat ze zich geregeld “onveilig” voelt. Het is één van de redenen om even van het front te stappen.


“Ik wil geen coronacrisisachtige toestanden meer”: basiszorg als strategische voorraad.

Als er één les is die Agema uit de coronaperiode trekt, dan is het dat elementaire zorgmiddelen niet in de eerste plaats een marktartikel zouden moeten zijn. Ze somt op: hechtmateriaal, verbandmaterialen, bloedvoorziening. Tijdens de pandemie bleken ze afhankelijk van een kwetsbare keten en van een “koude markt” waarin Nederland onderin de rij stond. Haar inzet als minister was om de logica te kantelen: bepaalde middelen deels uit pure marktwerking halen, voorraden structureel borgen, en zodoende het zorgstelsel schokbestendiger maken.

Die lijn verbindt ze met het arbeidsmarktakkoord: zonder mensen is er geen zorg, zonder middelen evenmin. De akkoorden waar ze aan werkte, ASVA, ouderenzorg, arbeidsmarkt, ziet ze als één geheel dat de sector “in de benen” moet houden. “Onze zorg staat op klappen,” waarschuwt ze. De vraag of het nieuwe politieke landschap die afspraken intact laat, hangt boven het water als laaghangende mist.


“Bonje” met Wilders en de kunst van intern oneens zijn.

Het interview benoemt ook een publiek geheim: de “bonje” tussen Agema en PVV-leider Geert Wilders. Het werd zichtbaar rond Prinsjesdag en speelde op bij het Zuiderland-ziekenhuis, waar Agema zegt “een prachtige deal” te hebben gesloten, “met alles erop en eraan”, en de fractie zich er toch kritisch over bleef uitlaten. “Het is heel bijzonder dat een bewindspersoon haar eigen fractie tegen zich krijgt,” zegt ze. De woorden zijn feitelijk, de toon blijft beheerst.

Inmiddels is de kou uit de lucht. “We zijn op speaking terms,” vertelt ze, en verwijst naar een lintje, een bos bloemen en een knuffel. Het persoonlijke gebaar relativeert het politieke conflict. Wat beklijft, is de gedachte dat inhoud soms botst met partijlogica, zeker als dossiers lokaal, technisch en weerbarstig zijn. Agema’s conclusie is nuchter: verschil van inzicht is onvermijdelijk; de vraag is hoe je er menselijk mee omgaat.


Fortuyn en het begin: een brief die nooit verzonden werd.

Tegen het einde schuift het verleden naar binnen. De documentaire Fortuin on Holland komt voorbij, met archiefbeelden die de energie en de frictie rond Pim Fortuyn laten zien. Agema vertelt dat ze op de avond van de moord een brief aan Fortuyn aan het schrijven was, over files, over helpen, over meedoen. Het nieuws sneed de zin doormidden. Ze herinnert zich drie kwartier van hoop tegen beter weten in. Daarna werd ze lid van de Lijst Pim Fortuyn, en begon een politieke loopbaan die haar uiteindelijk tot het ministerie van VWS zou brengen.

In die terugblik zit een waarschuwing die nog altijd actueel is: het verschil tussen wat een politicus zegt en wat sommigen in zijn of haar naam roepen. Fortuyn konalisserde onvrede; tegelijk ontstond er een “discrepantie” tussen zijn opvattingen en die van een deel van zijn aanhang. Na zijn dood bleek hoe uiteenlopend de verwachtingen waren binnen de beweging. Voor Agema was het begin persoonlijk en existentieel; de drijfveer bleef altijd inhoudelijk.


Humor als zuurstof: Derek, After Life en een beetje banale verlossing.

Na de zware kost over akkoorden, inventarisaties en agressie komt er lucht in het gesprek—letterlijk. Agema is een liefhebber van humor “die heilige huisjes doorbreekt.” Ze noemt Derek, een serie die zich afspeelt in en rond een verpleeghuis, waar ontroering en absurditeit elkaar afwisselen. Ze prijst hoe kwetsbaarheid in beeld wordt gebracht zonder het menszijn te verliezen; integendeel, juist door de lach krijgt de ernst reliëf.

Ze kijkt ook graag After Life en refereert aan een “best of” aan scènes die “redelijk banaal” zijn, zo banaal dat de presentator lachend opmerkt dat het “redelijk seksistisch” is, en dat “je tegenwoordig bijna nergens meer om mag lachen.” Agema hoopt dat we humor “samen kunnen bewaken.” Het is geen bijzaak in haar verhaal: waar agressie polariseert, kan de lach iets van de gemeenschap teruggeven. Niet om te relativeren wat zwaar is, maar om het te kunnen dragen.


Vechten en verdergaan: de Rocky-regel.

Dan volgt een clip die menig huiskamer uit het hoofd kan citeren: Rocky Balboa die zijn zoon toespreekt. “It ain’t about how hard you hit. It’s about how hard you can get hit and keep moving forward.” Voor Agema was die zin het afgelopen jaar een houvast. Niet omdat het lekker klinkt, maar omdat het werkt: oog op de bal, doorgaan, akkoorden sluiten, de ruis parkeren.

Wat haar “neersloeg,” formuleert ze voorzichtig. Het was geen knock-out, wel een reeks van “tientallen” onjuiste frames, beschuldigingen en verdachtmakingen die ze elke dag even weg moest duwen om met de essentie bezig te kunnen zijn: zorgen dat de zorg niet omvalt. Nu is het aan “opvolgers” om te kiezen. Wie de afspraken houdt, houdt het stelsel overeind; wie het geld weghaalt, gooit de dobbelsteen opnieuw. “Het is niet meer aan mij,” zegt ze. De zin klinkt tegelijk berustend en vastberaden.


Niet de arena, wel de gemeenschap: burgemeesterschap als horizon.

“Ik ben van de harmonie,” zegt Agema onverwacht zacht. De Tweede Kamer noemt ze “een draaikolk”: een ronde ruimte die iedereen naar de buitenrand zuigt. Dat zij daar twintig jaar lang het woord voerde, maakt haar niet tot een boksbal; het maakte haar tot iemand die precies weet wanneer het tijd is om even op adem te komen. “Heel bewust ben ik de arena uitgestapt,” voegt ze toe. Niet omdat er niets meer te doen valt, maar omdat er ook buiten de arena veel te doen is.

De blik gaat vooruit: het burgemeesterschap. Niet als trofee, maar als werkwoord. Mensen bij elkaar brengen, akkoorden sluiten op stadsniveau, knopen doorhakken en tegelijk blijven luisteren, het zijn precies de vaardigheden waarin ze het afgelopen jaar “de smaak te pakken” kreeg. Of het lukt, is open. De ambitie is uitgesproken.


Het water als thuis.

Er is nog een decor in dit verhaal, naast de arena en het ministerie: water. Monnickendam, het Markermeer, vlotten bouwen, schaatsen als het vriest, het kruiende ijs. “Alle associaties met water zijn voor mij fantastisch,” zegt Agema. “Later, als ik groot ben, ben ik weer een Monnickendammer.” Het lijkt een grapje, maar het is er geen. Het is een anker. Wie haar dit uur aan de waterkant ziet, begrijpt dat terugkeren naar de mens soms noodzakelijk is om weer voor beleid te kunnen kiezen, waar dan ook, op welk niveau dan ook.


Tot slot: de keuze voor stilte die spreekt.

Aan het begin waakt een vuurtoren, aan het eind staat dezelfde vuurtoren rechtop. De storm is niet weg, stormen gaan zelden echt liggen. Er zal weer geroepen worden, er zullen nieuwe fragmenten en oude frames rondzingen. Maar ergens tussen water en wind koos iemand die twintig jaar lang voor de zorg vocht ervoor om niet harder te slaan maar beter te blijven staan.

Wie het land wil dragen, moet soms eerst leren drijven. En wie wil drijven, moet het water in, niet om te verdwijnen, maar om, kletsnat en helder, de oever terug te vinden.

Bron: LIGHTHOUSETV | Fleur Agema zonder filter: PVV-uitslag, NAVO/NCTV-rel, Wilders-ruzie én waarom ze stopte | ADWK#4

Kleurrijke cartoon met een chaotische politieke arena links, stormwolken met hashtags, een ziekenhuisbed op een koord, puzzelstukken met NAVO en NCTV, en rechts een rustige waterkant met vuurtoren, vlotten met woorden als ‘zorg’ en ‘harmonie’, een Rocky-boksbal en een wegwijzer naar het gemeentehuis.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *